Dit is hoe we de duurzamere optie de aantrekkelijkste maken
- Roy Meuldijk

- Oct 19, 2021
- 4 min read
Updated: Nov 24, 2021
Leven betekent vervuilen. Er is bijna niks wat je kan ondernemen of consumeren wat niet een vorm van vervuiling of uitputting met zich meeneemt. Van het voedsel dat we tot ons nemen, de kleding die ons warm houdt of het transport wat ons op onze bestemming brengt. Wij zullen dan ook op ieder vlak duurzamere keuzes moeten maken om de klimaatcrisis niet te verergeren. Duurzamere opties zijn er vaak ook al, maar die zijn nog niet voor iedereen aantrekkelijk of toegankelijk. Daarom kijken we in dit artikel hoe we de duurzamere optie de aantrekkelijkste maken.
Opkomst van alternatieven
Als we kijken naar onze persoonlijke uitstoot valt die in hoofdlijnen in enkele categorieën op te delen. Consumptie, transport, voeding, verwarming en wonen. Op elk van deze vlakken stijgt het aanbod duurzamere opties. Duurzamere producten, elektrisch vervoer, plantaardige voeding, warmtepomp en duurzamere bouwmaterialen om maar wat opties te noemen. Op bijna ieder vlak heb je als individu inmiddels dus de keuze voor een duurzamer alternatief. Toch wordt hier nog niet altijd voor gekozen. Dat kan meerdere redenen hebben: men niet weet dat iets vervuilend is, men vindt het onvoldoende belangrijk, het alternatief is niet toegankelijk of het alternatief is duurder (dit prijsverschil heet een green premium).

Hoe lager de green premium, hoe meer mensen overstappen.
Adoptie van duurzame alternatieven
De mate waarin mensen op zoek gaan naar duurzame alternatieven en ze bereid zijn hiervoor te betalen verschilt. Vaak zie je dat de adoptie van nieuwe producten of diensten een bepaald patroon doorloopt. Dit wordt vaak afgebeeld in de adoption-curve. Een kleine groep consumenten (innovators & early adopters) is zo enthousiast dat ze bereid zijn om meer te betalen of meer moeite te doen om een nieuw product te gebruiken. Later volgt de meerderheid wanneer iets mainstream gaat en vervolgens is er een groep laggards, die achteraan aansluit.

Iedere groep heeft andere drijfveren om gebruik te maken van een nieuwe product. De innovators en early adopters gebruiken vaak iets omdat ze enthousiast zijn, het nieuwste van het nieuwste willen of het leuk of belangrijk vinden dat er iets nieuws is. Voor de early- en late majority moet iets vooral meerwaarde bieden of goedkoper zijn dan het oude alternatief. De laggards gaan pas over als ze niet anders kunnen.
Tesla's, groene stroom en plantaardige voeding
Als we kijken naar de adoption-curve en duurzamere alternatieven zien we dat veel duurzame opties vooralsnog geconsumeerd worden door mensen die duurzaamheid belangrijk vinden. Deze groep is bereid extra moeite te doen of de green premium te betalen om zo duurzamer te consumeren. Zij kochten een elektrische auto terwijl die nog een beperkte actieradius had, betalen meer voor groene stroom of aten al plantaardig toen er nog minder aanbod was van vleesalternatieven.
De early- en late majority is minder bereid om deze offers te brengen. Zij gaan pas overstag wanneer de duurzame optie meerwaarde biedt of goedkoper is. Om de klimaatcrisis niet te verergeren moeten meer mensen duurzame keuzes maken. Daarvoor moeten de duurzame alternatieven beter of goedkoper worden dan de vervuilende optie zodat meer mensen hier voor kiezen.
De rol van de overheid
Hier kan de overheid een belangrijke rol in spelen. Zij kunnen namelijk innovatie van duurzame alternatieven stimuleren zodat deze beter worden. Zo wordt verwacht dat elektrische auto's over enkele jaren meer dan 1000km kunnen rijden op 1 lading stroom. Dit is een voorbeeld van een verbetering ten opzichte van benzine auto's. De overheid kan geld beschikbaar stellen voor innovaties in vervuilende categorieën om zo duurzame alternatieven beter te maken.

Prijsmanipulatie
Daarnaast kan de overheid ook de green premiums voor duurzame alternatieven verkleinen.
Zij hebben hiervoor twee opties. De duurzame optie goedkoper maken door subsidies of de vervuilende optie duurder door hogere belastingen. Zo beïnvloedt de overheid de prijs van producten en diensten en beïnvloeden ze de mate van consumptie.
Subsidieren
Om op grote schaal duurzamere keuzes te maken zal de overheid een grotere rol moeten innemen in het verlagen van de green premiums. Een mogelijkheid is om duurzame opties te subsidiëren. Dit doen ze al jaren bij zonnepanelen en warmtepompen en zijn elektrische auto's ook jaren minder belast. Door deze subsidies worden nieuwe duurzame opties goedkoper en gaan consumenten eerder overstag. Ook maken ze het voor bedrijven aantrekkelijker om duurzame opties te ontwikkelen, omdat ze weten dat de afzetmarkt groter is bij een lagere prijs.
Belasten
Een andere mogelijkheid om green premiums te verkleinen is door de vervuilende optie duurder te maken. Dit kan door het heffen van extra belasting op vervuilende consumptie.
Op dit moment wordt middels het heffen van accijnzen op tabak en alcohol dergelijk ongezond gedrag al ontmoedigd. Producten die schadelijk zijn voor de gezondheid worden dus meer belast. Hetzelfde kan gelden voor producten die schadelijk zijn voor de leefomgeving en dus indirect op de volksgezondheid. Zo betalen we nu al accijnzen op benzine. Er wordt anno 2021 al gesproken over een vleestaks, is ook rekeningrijden een voorbeeld van de vervuiler betaalt meer en is er sinds 1 januari 2021 een vliegtaks van €7,45 in Nederland. De inkomsten die voort komen uit deze duurzaamheidsbelastingen kunnen geïnvesteerd worden in subsidies voor nieuwe duurzame ontwikkelingen of kunnen terugstromen naar hen die geholpen moeten worden in de transitie naar duurzaam, zoals gezinnen met een kleinere portemonnee of ontwikkelingslanden.
Het beïnvloeden van de prijzen betekent veel voor de mate van consumptie van een product en de concurrentiepositie van een product ten opzichte van alternatieven. Hier laat de overheid dus kansen liggen.

Stoppen met het subsidiëren van vervuiling
Duurzame opties kunnen dus goedkoper worden gemaakt en dus aantrekkelijker en vervuilende opties duurder en dus onaantrekkelijker. Als we dit gegeven nemen, is het erg onlogisch dat de overheid vervuilende industrieën nog steeds subsidieert. Op deze manier wordt belastingsgeld gebruikt om vervuilende consumptie te stimuleren. Zo subsidieert de overheid nog steeds de fossiele industrie met miljarden per jaar en wordt ook zuivel goedkoop gehouden. Door vervuilende industrieën kunstmatig goedkoop te houden verlaat je het omslagpunt dat duurzaam goedkoper wordt.
Het Nederlands belastingstel wordt al decennia lang niet alleen gebruikt als een bron van inkomsten voor de Nederlandse overheid, maar ook om consumptie te beïnvloeden. Het wordt tijd dat de Nederlandse overheid dit middel ook ten volste gaat gebruiken om de klimaatcrisis niet te verergeren.




Comments